Het begin van klonen: DNA (Deoxyribonuclein acid)
Allereerst een introductie over DNA. De afkorting DNA is afkomstig van het Engelse deoxyribonuclein acid. Het bevat de erfelijke informatie in alles wat leeft. Het maakt elk levend wezen uniek. In het lichaam van de mens zitten wel 40 miljard cellen. In elke cel zit hetzelfde DNA. De ontdekker van DNA is Johan Friedrich Miescher. Uit ziekenhuisafval haalde hij pus. Hieruit haalde hij vervolgens witte bloedcellen met DNA erin.
Het DNA ziet eruit als een wenteltrap. De treden van de trap kunnen uit vier onderdelen bestaan. In de afbeelding hierboven hebben deze onderdelen de kleur groen (Adenine), paars (Thymine), rood (Cytosine) en blauw (Guanine). De onderdelen hebben elk een letter gekregen: A, T, C en G. Een aantal “traptreden” achter elkaar is een gen. Elk gen bepaalt een eigenschap. Bijvoorbeeld de kleur van de ogen, haren of huid. Bij elkaar heeft een mens circa 30.000 genen.
Klonen en schaap Dolly
Bij klonen ontstaat een identieke genetische kopie. Het is kunstmatig en een ongeslachtelijke voortplanting. Er is ook altijd sprake van menselijk ingrijpen. Hieronder een figuur hoe klonen in zijn werk gaat. Meer lezen